Onder bewind

Blog
13 september 2021

 

Op verzoek van de AD-redactie schreef ik een proefaflevering voor een eventuele nieuwe rubriek. In ‘Onder Bewind’ zou ik de verhalen van bewindvoerders in de schuldsanering optekenen, zo was de bedoeling. De nieuwe rubriek kwam er niet. Jammer eigenlijk, want nu ik deze proefaflevering na jaren weer teruglees, denk ik: best leuk eigenlijk!

Toch liever de auto

Als ik kom aanrijden, zie ik tussen de middenklassers en bestelbusjes in de straat de auto al staan: een luxe BMW uit de 7 serie. Het is dé trots van zijn bezitter, een man van Turkse afkomst. Zijn vrouw en hij hebben grote schulden. Deurwaarders en incassobureaus lopen de deur plat. Om van die voortdurende druk af te zijn, hebben ze bij de rechtbank bewindvoering aangevraagd in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen (WSNP), zodat ze drie jaar lang niet lastig worden gevallen door schuldeisers.

Maar dan moeten ze zich wel houden aan de behoorlijk strenge bepalingen van de rechter. En als bewindvoerder moet ik er namens de rechtbank op toezien dat ze zich houden aan wat ze de rechter hebben beloofd. Makkelijk is dat niet. Ze zullen elk dubbeltje moeten omdraaien. Maar als ze echt hun best doen zijn ze, ook als het ze niet lukt de schulden volledig af te lossen, straks schuldenvrij en kunnen ze met een schone lei beginnen.

In de woonkamer van hun driekamerflat hangt Kemal Atatürk aan de muur, de grootbeeldtelevisie toont een Turkse zender. De man praat, zijn vrouw brengt thee en koekjes. Hij heeft gewerkt in de haven, vertelt hij, maar is al jaren afgekeurd. Net als zijn vrouw, die schoonmaakwerk deed.

Ze begrijpen dat ze offers moeten brengen. Televisie verkopen? Geen probleem. Een paar jaar niet naar de familie in Turkije op vakantie? Het moet maar. Maar als ik voorzichtig de auto ter sprake breng, ontploft de man: dat nooit! Zijn auto is zijn eer, zijn alles. Kan niet schelen wat er gebeurt, die auto blijft! Hij beent schreeuwend de deur uit en rijdt weg met piepende banden. In de ogen van de vrouw verschijnen tranen. Grote kans dat, als ik de auto weg laat halen, hij zich op haar zal afreageren, vertelt ze. “Dan krijg ik klappen.”

Toch zal die auto eraan moeten geloven. Hij is niet nodig voor woon-werkverkeer en dan is het bewind onverbiddelijk: verkopen en met de opbrengst schulden aflossen.

In overleg met de rechter-commissaris besluit ik de twee naar de rechtbank te roepen om duidelijk te maken dat, als ze de auto niet opgeven, de bewindvoering eindigt en de schuldeisers weer aankloppen. Dan is een faillissement onvermijdelijk is en zal de man zijn auto óók kwijt raken.

Werk nou mee, probeert de rechter. De vrouw wil wel, maar durft niets te zeggen. De man wordt weer woedend, springt op en verlaat met slaande deur de rechtszaal. Zijn vrouw snelt betraand achter hem aan. Wij, de achtergeblevenen, kijken elkaar onthutst aan, wetend welke financiële en andere ellende het echtpaar te wachten staat. Triest.

 

Naar homepage